Kwaliteitsmanagement – een aan twee kanten snijdend mes

Een kwaliteitsmanagementsysteem voor een goede en maatschappelijk verantwoordelijk bedrijfsvoering

Met de toenemende druk op efficiency en kosten zien we om ons heen de aandacht voor kwaliteitsmanagement verslappen. Alsof het een luxe is, die organisaties zich nauwelijks meer kunnen veroorloven – of er makkelijk en goedkoop bij kunnen doen, om tenminste een bestaande certificering in de lucht te kunnen houden. Terwijl een efficiënt werkend kwaliteitsmanagementsysteem juist nu zo belangrijk is.

 

De basis voor een kwaliteitsmanagementsysteem is het inzichtelijk maken van werkprocessen in relatie tot de te leveren output (de dienst aan de klant), de te leveren inspanning en andere hulpbronnen (geld bijvoorbeeld) en inhoudelijke kwaliteitsaspecten voor de cliënt èn voor het personeel. Die inzichtelijkheid en het vervolgens controleerbaar voldoen aan wat er gespecificeerd is levert een betrouwbare en certificeerbare dienstverlening op – veelal een basisvoorwaarde voor financiering en cliëntvertrouwen.

 

Tegelijk wordt er daarmee een basis gelegd om kritisch te kunnen kijken naar de efficiency van die werkprocessen: is er, in ‘lean’ termen, sprake van ‘waste’, verspilling van energie aan zaken die geen bijdrage leveren aan de klant en de te leveren kwaliteit? Zijn kwaliteit en inspanning met elkaar in evenwicht? Een kwaliteitsmanagementsysteem is niet “af” na de certificering maar dient voortdurend ingezet te worden voor continue verbetering van efficiency, klanttevredenheid en kwaliteit.

 

En voor diegenen die dit allemaal nog redelijk luxe vinden: het biedt een basis om met opdrachtgevers of financiering te communiceren over dat evenwicht en beargumenteerd tegenwicht te bieden aan druk om bijvoorbeeld onder de kostprijs te gaan werken. Een organisatie die zijn kwaliteitsmanagementsysteem op orde heeft en inzicht heeft in zijn processen staat zo vele malen sterker tegenover bezuinigingsdruk en onverantwoordelijke financiers.

 

En tenslotte: laten we de medewerkers niet vergeten. Inzichtelijke werkprocessen die het belang van cliënt en personeel centraal stellen, dragen bij aan motivatie en daarmee productiviteit, lager verzuim en het beter kunnen nemen van eigen verantwoordelijkheid op de werkvloer – tot zelfsturende teams aan toe. Daar is uiteindelijk iedereen gebaat bij.

 

Kortom: een efficiënt werkend kwaliteitsmanagementsysteem (ondersteunt door een goed planning/control cyclus en een risicomanagementsysteem – aspecten waar iConAct ook in kan adviseren) is de basis voor een gezonde en maatschappelijk duurzame bedrijfsvoering.

 

 

Geloof jij in de kracht van een goede visie?

Te weinig geleefd en geloofd.

Veel organisaties ontwikkelen een visie maar deze wordt vervolgens onvoldoende geímplementeerd. Een visie wordt door organisaties te weinig geleefd en geloofd en dat kan op termijn leiden tot enorme waardevernietiging. Waarom sneuvelt een visie:

–  gebrek aan voorbeeld gedrag in het management;

–  snelle wisselingen in het management;

–  visie wordt niet goed gecommuniceerd;

–  visie wordt niet consequent doorgevoerd;

–  visie is  niet goed uitgebalanceerd.

 

Vaak zijn visies niet voldoende onderscheidend, niet geloofwaardig en niet inspirerend genoeg voor medewerkers. Een visie wordt over het algemeen niet gebruikt om een verandering in een organisatie door te voeren en er wordt bijna geen antwoord gegeven op de vraag: waarom bestaan wij. Het antwoord op deze vraag bepaalt vaak hoe inspirerend een visie is.

 

Creëren van meerwaarde

Een organisatie creert meerwaarde door een goede visie te formuleren.  Om de kracht van een visie in te kunnen zetten is het belangrijk om de visie van een organisatie serieus te nemen en te gebruiken als een kompas en richtlijn voor verdere ontwikkelingen binnen een organisatie. Visie kan veel meer verweven worden in de dagelijkse praktijk, dan pas merk je de kracht van een goede visie. Een visie kan bepalend zijn voor het formuleren van het strategisch beleid en kan een organisatie ook beter positioneren binnen de markt.

 

Wat is een organisatievisie?

De visie van een organisatie geeft kort en helder antwoord op de vraag: hoe zien wij onszelf in de wereld van morgen? Het is het idee dat een organisatie heeft over de ontwikkelingen in de branche en welke richting directie en medewerkers willen dat het opgaat. Sommige organisaties denken dat het gaat om de goede woorden op papier te zetten zodat deze in jaarverslagen, op website  en andere communicatie kanalen kunnen worden opgenomen. Dat is verre van de waarheid. Een goede visie hoeft niet altijd op papier te worden gezet. Het is belangrijker dat de buitenwereld en de medewerkers binnen de organisatie het toekomstige beeld van een organisatie geloven en beleven.

De kwaliteitsfunctionaris van eigenaar tot adviseur.

Als je sommigen mag geloven is een kwaliteitsfunctionaris een ondankbare functie. Ze voelen zich vaak een roepende in een woestijn en eenzaam in hun inzet voor kwaliteit. Laat één ding duidelijk zijn: een kwaliteitsfunctionaris is niet de eigenaar van het kwaliteitssysteem, dus het kan heel positief zijn dat de kwaliteitsfunctionaris niet zichtbaar is in de organisatie.

De rol van de kwaliteitsfunctionaris is tegenwoordig drastisch veranderd, het behalen van een HKZ/ISO certificering is al lang niet meer zijn belangrijkste taak. Nu de HKZ/ISO certificering geen doel op zich meer is moet de rol van de kwaliteitsfunctionaris veranderen in de rol van adviseur. In de ISO norm is tegenwoordig de nadruk meer komen te liggen op het terugdringen van risico’s in processen.

Organisaties hebben moeite om over te stappen van het “procedure denken” naar het denken in risico’s. Voordat het personeel zover is moet de kwaliteitsfunctionaris deze stap maken. De opdracht is niet meer een kwaliteitshandboek te schrijven maar om een kwaliteitsmanagementsysteem op te zetten. Het systeem moet gedragen worden door de gehele organisatie.

De kwaliteitsfunctionaris moet van een eilandje afkomen en niet alleen structuur aanbrengen in het kwaliteitsmanagementsysteem maar ook een verandering te weeg brengen in de cultuur van de organisatie. Als het kwaliteitsmanagementsysteem door het personeel wordt geaccepteerd komt de kwaliteitsfunctionaris aan verbeteren toe. Hij is niet verantwoordelijk voor de inhoud maar hij is adviseur richting management die zelf verantwoordelijk is voor het systeem binnen zijn afdeling.

De kwaliteitsfunctionaris moet niet alleen kennis hebben van verschillende normen, wet en regelgeving en klantenrichtlijnen maar moet ook medewerkers kunnen enthousiasmeren en bewust kunnen maken van de risico’s in hun eigen werkzaamheden. Als de kwaliteitsfunctionaris kan wijzen op de voordelen van het kwaliteitsmanagementsysteem, als de medewerkers merken dat de processen in één keer goed lopen en dat de processen waarbij meerdere afdelingen betrokken zijn beter lopen dan worden ze vanzelf enthousiast gebruiker van het managementsysteem. De focus van een kwaliteitsfunctionaris moet liggen op het herkennen van risico’s.

Het doel van een goed werkend managementsysteem is ervoor te zorgen dat de risico’s beperkt worden en dat alle processen in één keer goed gaan.

Echte kwaliteit zit van binnen

Echte kwaliteit zit van binnen

Achter elk kwaliteitsvraagstuk ligt een verbindingsvraagstuk. Er bestaat geen kwaliteit zonder verbinding. Want echte kwaliteit zit van binnen en heeft een omgeving nodig die uitnodigt om tevoorschijn te komen.

Alvorens je verder leest kijk eens naar http://www.youtube.com/watch?v=cdjHnHwT5yw.

Bij kwaliteit gaat het allang niet meer alleen om kwaliteit die moet (een minimaal acceptabel niveau) of om kwaliteit die de klant verwacht (normaal vindt). Maar steeds meer om kwaliteit die volgens de organisatie hoort (de organisatie moet onderscheidend zijn van alle andere aanbieders). Dat wat ik als klant niet verwacht maar wel waardeer. Dát is de kwaliteit die mij als klant niet alleen helpt maar me ook de beleving geeft dat ik er als mens toe doe, de moeite waard ben. Kwaliteit waarvan de klant merkt dat het bij de medewerker van binnenuit komt.

Ieder mens heeft kwaliteiten in zich. Maar niet iedereen voelt zich uitgenodigd om deze ook te laten zien. Veel hangt af van de opstelling van de manager. Door geen verantwoordelijkheid te geven, door weinig respect te tonen voor hoe iemand het doet of door iemand niet voor vol aan te zien belemmert een manager vaak ongewild het leveren van kwaliteit door medewerkers van binnenuit.

Want wanneer gaan medewerkers kwaliteit leveren van binnenuit? Als ze zich niet geremd voelen in hun energie en hun motivatie om dat te doen. Managers moeten leren om dat geen te doen wat medewerkers helpt van binnen uit kwaliteit te leveren. Vaak bestaan de belemmeringen voor medewerkers uit een gebrekkig geloof in eigen kunnen of een gevoel van betekenisloosheid als het om het werk gaat.

Maar de wens om kwaliteit te leveren zit in ieder mens. Om er mee te voorschijn te komen is zelfvertrouwen nodig, een gevoel van eigenwaarde en respect. Een waarderende benadering van medewerkers werkt hierbij stukken beter dan steeds maar weer aanzetten tot reflectie en beoordelen.

Verleiden tot het leveren van kwaliteit doe je dus vooral door belemmeringen weg te nemen die mensen ervan weerhouden voluit te gaan voor de klant. Belangstelling en waardering voor de kwaliteiten die al aanwezig zijn is van groot belang. Hierdoor kan de handrem er bij de medewerkers af en kunnen ze zich beter richten op de klant. Er is niets dat zo krachtig werkt in het tevoorschijn lokken van kwaliteit van binnenuit door met aandacht en respect contact te leggen met de medewerkers.

De erkenning die een manager geeft als hij voor 100% luistert, is de brandstof die een medewerker nodig heeft om echt te voorschijn te komen.